Alternatieve dekkingsopties voor maatregelen uit Belastingplan 2024
18-04-2024 – Bij de behandeling van het Belastingplan 2024 heeft de Eerste Kamer inhoudelijke bezwaren geuit tegen vijf daarin … Lees verder...
De (wijze van) belastingheffing over inkomsten uit vermogen blijft onderwerp van discussie. Bij de invoering van de Wet IB 2001 werd box 3 nog aangemerkt als pret-box, vanwege het destijds bescheiden forfaitaire rendement van 4% en het tarief van 30%. Door de daling van de rente in de afgelopen jaren ligt dat tegenwoordig anders. Regelmatig worden procedures gevoerd waarin wordt aangevoerd dat de heffing in box 3 een inbreuk vormt op het recht op ongestoord genot van eigendom. De Advocaat-Generaal (A-G) bij de Hoge Raad heeft een conclusie gewijd aan deze heffing in de jaren 2016 en 2017.
De belastingplichtige in deze procedure werd in die jaren geconfronteerd met een heffing van (meer dan) 100% van de inkomsten uit vermogen. Eerder in de procedure oordeelden rechtbank en hof dat de rechter een eventuele schending van het eigendomsrecht op stelselniveau niet kan repareren. Volgens beide instanties was geen sprake van een individuele buitensporige last, gezien het hypotheekvrije huis, de AOW-uitkering en de inkomsten uit vermogen van de belastingplichtige.
De A-G merkt op, dat de belastingheffing in box 3 in 2017 fundamenteel is gewijzigd. Sinds 2017 gaat de wetgever niet meer uit van een met weinig risico bereikbaar rendement, maar van een gemiddeld risico, rendement en gemiddelde vermogenssamenstelling voor alle belastingplichtigen. De A-G verwacht niet dat de Hoge Raad op stelselniveau zal ingrijpen. Het oordeel dat geen sprake is van een individuele buitensporige last lijkt te stroken met de maatstaven daarvoor van de Hoge Raad. Dat zou betekenen dat de onredelijke en willekeurige overbelasting van de belanghebbende niet tot cassatie leidt op basis van de schending van het eigendomsgrondrecht.
De A-G is van mening dat de belastingheffing in box 3 met ingang van het jaar 2017 op stelselniveau in strijd is met het discriminatieverbod. Door alle box 3-belastingplichtigen naar een gemiddeld vermogensrendement over een gemiddelde vermogenssamenstelling te belasten, betalen personen die een lager rendement behalen dan het gemiddelde per saldo de belasting die personen die boven het gemiddelde scoren te weinig betalen. Een rechtvaardiging daarvoor ontbreekt. Bij heffing naar een gemiddeld rendement is overbelasting van de ondergemiddelden en onderbelasting van de bovengemiddelden per definitie onontkoombaar; het is het systeem.
Volgens de A-G was de belastingheffing in box 3 ook in 2016 op stelselniveau onverenigbaar met het discriminatieverbod. Na de kredietcrisis was het verschil in rendement tussen verschillende vermogenstitels significant toegenomen. Daardoor was de situatie in 2016 feitelijk dezelfde als de situatie die in 2017 principieel en formeelwettelijk werd ingevoerd. Dat betekent volgens de A-G dat de wetgever ook in de jaren voor 2017 al de bedoeling had om spaarders en risicomijders te overbelasten om het fiscale privilege van de bovengemiddelden te financieren.
De conclusie van de A-G is dat de Hoge Raad het beroep in cassatie gegrond dient te verklaren en het aan de wetgever moet overlaten om het stelsel te wijzigen.
18-04-2024 – Bij de behandeling van het Belastingplan 2024 heeft de Eerste Kamer inhoudelijke bezwaren geuit tegen vijf daarin … Lees verder...
18-04-2024 – Naar aanleiding van twee arresten van het Hof van Justitie EU heeft de staatssecretaris van FinanciĆ«n een besluit over … Lees verder...
18-04-2024 – Loon is een ruim begrip en omvat alles wat uit een dienstbetrekking wordt genoten. Vergoedingen en verstrekkingen in het … Lees verder...
18-04-2024 – Een ondernemer leed in 2018 verlies. De inspecteur heeft het vastgestelde verlies bij beschikking verrekend met de … Lees verder...
18-04-2024 – In de complexe wereld van belastingen en onroerend goed kan het schuiven met panden aanzienlijke fiscale gevolgen met … Lees verder...
18-04-2024 – Een echtpaar woonde met hun twee kinderen in een eigen woning. De eigen woning is gefinancierd met een hypothecaire … Lees verder...
11-04-2024 – Voor het scheuren, doodspuiten of vernietigen van grasland gelden afhankelijk van de grondsoort verschillende perioden, … Lees verder...
11-04-2024 – De boekwinst, die een ondernemer behaalt bij de vervreemding van een bedrijfsmiddel, is belast. De belastingheffing kan … Lees verder...
11-04-2024 – Een belastingplichtige emigreerde in 2015 naar Duitsland, althans dat meent hij. De inspecteur stelt echter dat de … Lees verder...
11-04-2024 – De heffingsambtenaar heeft een aanslag onroerendezaakbelastingen opgelegd. De belanghebbende is het met de hoogte van de … Lees verder...
Emopad 70
5663 PB Geldrop
Postbus 58
5660 AB Geldrop
Tel. (040) 285 89 00
E-mail: info@jvandewinkel.nl
KvK: 17126238
BTW: NL.8088.61.670.B.01